Verhalend schema van de plot, acterend schema van de personages

()

In een notendop

Het vertelschema is als volgt:

actantial scheme by Greimasnarrative scheme by Greimas

De 5 fasen van Algirdas Julien Greimas’ vertelschema

Het handelingsschema is als volgt:

actantial scheme by Greimas

Greimas’ verhaallijn

Ik heb deze twee concepten overgenomen, en ze nog verder vereenvoudigd en geuniversifieerd, in mijn reeks cursussen scenarioschrijven en in mijn analyses.

Zou je nu nog wat meer uitleg willen geven om beter te begrijpen waar het om gaat?

Twee geweldige hulpmiddelen voor het schrijven en analyseren van verhalen

Van Aristoteles tot Polti, Propp, Souriau en Greimas

2300 jaar lang diende de oude theorie van de filosoof Aristoteles (de “poëtica”) als het enige referentiekader voor verhaalanalyse, die bijna onbestaande was.

Plotseling werd de narratieve analyse in de 20e eeuw grondig vernieuwd door auteurs als George Polti, Vladimir Propp, Etienne Souriau en Algirdas Julien Greimas.

Deze vier grondleggers van de moderne narratologie zijn het er allemaal over eens dat er diepe narratieve structuren aan het werk zijn in alle verhalen van de wereld.

In zijn boek The 36 Dramatic Situations, neemt George Polti een oud idee van Gozzi over, die stelt dat elk verhaal kan worden teruggebracht tot één van deze 36 situaties, zoals: Het maken van een fatale fout, Het wreken van een misdaad, Het oplossen van een raadsel, enz.

Ironisch genoeg nam Etienne Souriau dit idee 50 jaar later over door De 200.000 dramatische situaties voor te stellen.

In zijn boek The Morphology of the Tale bestudeerde Vladimir Propp honderden Russische volksverhalen, en toonde aan dat ze steeds dezelfde structuren hadden:

  • 31 narratieve functies – zie ze als de onbekenden in een lange vergelijking, zoals x + y -z = a / b, enz.
  • 7 karaktertypes: Held, Prinses, Schurk, enz.

De narratieve analyse van Algirdas Julien Greimas

De taalkundige en semioticus Algirdas Julien Greimas (1917-1992) nam de ideeën van Propp over en ontwikkelde ze in de jaren 1950, waarbij hij het aantal narratieve functies en karakterrollen verminderde en de demonstratie universaliseerde.

Algirdas Julien Greimas

Greimas definieerde aldus:

  • Een verhalenschema in 5 fasen
  • Een actieschema in 6 rollen

Sindsdien is zijn analyse-instrument een referentie geworden, zowel in de academische wereld als onder de makers van verhalen.

Narratieve analyse? Ja: we analyseren verhalen om ze beter te begrijpen, maar ook om ze beter te creëren!

Een fysica-chemie van het vertellen

Narratieve analyse is te vergelijken met natuur- en scheikunde: als we begrijpen hoe materie in elkaar zit, kunnen we het beter manipuleren. Op dezelfde manier, als we begrijpen dat alle verhalen in de wereld, in alle genres en alle media, uit dezelfde elementen zijn opgebouwd, weten we hoe we beter kunnen vertellen.

De narratieve theorie is dus van belang voor studenten en docenten die vooral literaire werken bestuderen, maar ook voor allerlei soorten vertelkunstenaars, in de literatuur (romans, korte verhalen, poëzie), in de muziek (liedteksten), in het stripverhaal (stripscenario’s), in de film- en televisiewereld (film- en seriescenario’s, maar ook documentaires).

Laten we nu eens kijken wat deze twee essentiële schema’s inhouden.

Verhalend schema en acterend schema: twee kanten van dezelfde medaille

Net zoals er geen plot is zonder personage en geen personage zonder plot, is er geen verhalend schema zonder een acterend schema.

Let wel: we hebben het hier over plot, niet over verhaal, want een verhaal kan tientallen plots bevatten. Ik heb bijvoorbeeld 27 plots geteld in de film The Godfather.

Een plot kan worden gedefinieerd als een reeks handelingen die worden verricht en beleefd door een personage in de positie van een held.

Het narratieve schema is een universeel model van plotstructuur.

Het handelingsschema is een universeel model van de functies en relaties van personages in een plot. We zullen ze nu in detail bekijken.

Definitie en voorbeelden van Greimas’ narratieve schema

Het verhalenschema van Greimas duidt een samenhangende opeenvolging aan van handelingen, verricht of ondernomen door hetzelfde personage, en die logisch met elkaar verbonden zijn, leidend van een begin tot een einde.

Dit zijn de 5 fasen van het verhalenschema:

1. Beginsituatie Een schijnbaar normale situatie, die statisch of dynamisch kan zijn, in een gewone wereld.
2. Trigger of ontwrichtend element Een gebeurtenis verstoort de uitgangssituatie en zorgt ervoor dat het personage reageert en een held wordt. Deze stap introduceert dramatische spanning en stelt een doel dat de stappen 3 en 4 zullen moeten oplossen en bereiken.
3. Avonturen Uit de aanleiding volgt een reeks acties en reacties. De held bundelt zijn krachten met andere personages en komt tegenover tegenstanders te staan die zijn doel in de weg staan.
4. Oplossing De gebeurtenissen leiden tot het begin van een terugkeer naar de normale gang van zaken door het oplossen van het hoofdconflict, door het bereiken van het doel dat in de trigger is gedefinieerd, of door het onmogelijk te maken het doel te bereiken.
5. Eindsituatie De held keert terug naar zijn gewone wereld. De plot is ten einde.

Voorbeelden van verhalende schema’s

Het TV-monster en het kind

1. Beginsituatie Een kind kijkt naar een tekenfilm op TV, een verhaal over monsters.
2. Trigger of storend element Een vriend van het monster verdwijnt plotseling. Het monster raakt in paniek, stapt uit de TV, gaat naast het kind zitten, en vraagt om hulp om zijn vriend te vinden.
3. Avonturen Het monster neemt het kind mee in de wereld van de TV waar ze een reeks wonderlijke avonturen beleven op zoek naar de vermiste vriend.
4. Oplossing Het kind slaagt erin de vriend van het monster te vinden.
5. Eindsituatie Het kind neemt afscheid van het monster en zijn vriend, stapt uit de TV, en vindt zijn ouders met wie hij doet alsof er niets gebeurd is.

Asterix en Obelix tegen de Romeinen

1. Beginsituatie Asterix en Obelix plukken paddestoelen in het bos.
2. Trigger of storend element De Romeinen komen in de buurt van het Gallische dorp en hun aanwezigheid verontrust Asterix en Obelix.
3. Avonturen De Galliërs verklaren de Romeinen de oorlog, en een reeks conflicten en veldslagen volgen.
4. Oplossing Asterix en Obelix slaan de Romeinen in elkaar, die besluiten het gebied te verlaten.
5. Eindsituatie Het Gallische dorp organiseert een banket om het vertrek van de Romeinen te vieren.

De jogger en de kidnapper

1. Beginsituatie Een vrouw is aan het joggen in een park.
2. Trigger of verstorend element Een man komt uit een bosje en blokkeert het pad van de jogger.
3. Avonturen De man ontvoert de vrouw, die ontdekt dat de ontvoerder een jeugdvriendin van haar is die gekwetst werd, en die op wraak zint.
4. Oplossing De vrouw overtuigt de ontvoerder haar te vergeven en haar vrij te laten.
5. Eindsituatie De ontvoerder maakt een einde aan zijn leven en de jogger keert radeloos naar huis terug.

Definitie en voorbeelden van Greimas’ actantiaal schema

Het actantiële schema (of actantieel model), een andere schepping van Greimas, beschrijft de functies die de personages en al het andere dat in staat is een rol te spelen, aannemen gedurende de vijf fasen van het verhalende schema. De basisstructuur is: een subject, de Held, gaat op zoek naar een object, het doel van de plot.

Voorbeeld: een bokser wil een gevecht winnen, de mensheid wil een buitenaardse invasie overleven, een man wil het hart van een vrouw veroveren, een vrouw wil wraak voor een misdaad, enz.

Deze zoektocht kan gemotiveerd worden door andere personages, die Greimas noemt :

  • de afzender of bestemder (die ik in mijn lessen Mentor noem), die de Held motiveert om het doel na te streven
  • en de ontvanger, die de begunstigde is van de zoektocht.

Voorbeeld van de afzender: de koning stuurt zijn zoon om een draak te doden, de koning is de afzender. Voorbeeld van ontvanger: een vrouw berooft een bank om een dure behandeling voor haar ernstig zieke man te kunnen betalen, ontvanger.

Het onderwerp kan geholpen worden door personages die Greimas “adjuvanten” noemt, en wordt tegengewerkt door andere personages, de “tegenstanders”.

Voorbeeld: in Asterix en Obelix zijn Dogmatix en Getafix vaak “adjuvants”, en Caesar, de centurions, en de Romeinen in het algemeen, “opponents”.

Opmerking: elk wezen, zelfs een levenloos of abstract wezen, dat aan de actie deelneemt, wordt als een personage beschouwd: een magisch zwaard, een auto, een storm, angst, liefde, kunnen dus hulp- of tegenstanders zijn door een rol te spelen in het avontuur van de held.

Greimas maakt onderscheid tussen actanten, die functies zijn die wezens kunnen aannemen, en acteurs, die deze wezens zijn. Dezelfde acteur kan dus de rol van verschillende actanten spelen.

Voorbeeld: hetzelfde verraderpersonage is eerst bondgenoot van de Held en kiest daarna de kant van zijn tegenstander. Deze acteur vervult twee functies als acteur.

Of, hetzelfde personage kan zijn eigen tegenstander zijn, en tegelijkertijd twee functies als acteur bekleden. Greimas stelt ook drie assen van verwantschap vast tussen de wezens in een plot:

  • De as van de wil of het verlangen verbindt het subject met het object.
  • De as van de macht stelt de adjectieven en de tegenstanders tegenover elkaar.
  • De as van de overdracht of de as van de kennis verbindt de as van de wil met de geadresseerde en de geadresseerde.
  • Verhalend schema + actantiaal schema

Als we de twee diagrammen met elkaar verbinden, begrijpen we elkaar beter:

  • Eerst hebben we de uitgangssituatie, waarin de plot gestalte zal krijgen. Er is geen actant gedefinieerd.
  • Het activerend element bepaalt de as subject => object, geeft een doel aan het personage dat een Held wordt (soms met de steun van een zender).
  • In de avonturen omringt de Held zich met hulpstoffen, ontmoet hij tegenstanders, en werkt hij naar het doel van de queeste toe.
  • De ontknoping is het moment waarop het subject het object ontmoet of het definitief verliest.
  • De eindsituatie sluit de plot af door het voorwerp of het verlies ervan terug te brengen naar de vernietiger en/of de ontvanger.

Conclusie

Ik hoop dat dit artikel je iets geleerd heeft. Als je een auteur, schrijver of verteller bent, raad ik je ten zeerste aan deze twee zeer krachtige hulpmiddelen te gebruiken om je verhalen en personages vorm te geven.

How useful was this post?

Click on a star to rate it!

Average rating / 5. Vote count:

No votes so far! Be the first to rate this post.

Spread the love

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Scroll naar boven